© Jan Smith
DE GROENZOOM
Recreatie & Natuur
© Jan Smith
DE GROENZOOM
Recreatie & Natuur
Op een zonovergoten dag in juni trekken Rottaleden er in de Groenzoom op uit voor een excursie met studenten van de hoveniersopleiding van Lentiz mbo Oostland in Bleiswijk. De docenten geven aan dat ze het belangrijk vinden om de toekomstige hoveniers ook het nodige bij te brengen over ecologie en biodiversiteit. Dan zijn ze bij Rotta aan het goede adres.
28-09-2022
Beestjes
Er is gekozen voor de zogenaamde Vijfhoek, met de Zoetermeerse bebouwing aan de einder. De Projectgroep Oppervlaktewaterkwaliteit Oostland (POkO) volgt daar al enige tijd de ontwikkeling van de waterkwaliteit, die aanvankelijk te weinig diversiteit liet zien. Na een inleidend woord over het ontstaan en de ontwikkeling van de Groenzoom splitst de groep zich op. Rotta-leden Jan Smith en Cees van der Burg scheppen met de studenten waterdiertjes op, en het resultaat aan wriemelend leven mag zich in warme belangstelling verheugen. Dankzij beheer aanpassingen in dit gedeelte is het leven in dit stuk sloot er al op vooruit gegaan. De studenten zijn verrast door de verscheidenheid. De namen zullen ze, net als ik, vermoedelijk weer vergeten, maar die spreken wel tot de verbeelding. Het bootsmannetje zwemt op zijn rug, er is een eenoogkreeftje, een zwemmertje en zelfs een bloedzuiger.
Planten
Voor de meeste toekomstige hoveniers is kennis van ‘wilde’ natuur nog nieuw. Dat ze leren respect te hebben blijkt uit de vraag of je zo maar door die planten mag struinen? Ja dat mag vandaag, aldus Rotta-lid Josien Hofs, zolang je daar niet met regelmaat en in horden overheen dendert herstelt de begroeiing zich snel genoeg van onze voetstappen. Op het stuk waar we lopen is het interessant om verschil te zien tussen het gemaaide en het niet gemaaide deel. Waar (nog) niet gemaaid is, is de verscheidenheid groter. De begroeiing en daarmee de insectenrijkdom vraagt om zorgvuldig maaibeleid (wat-wanneer- waarom-hoe), het doel is hier op natuurlijke wijze (dus zonder inzaai) een bloemrijk grasland te laten ontstaan. In een oogopslag zijn er al snel 40 soorten te zien, maar de planten die voor de nectarrijkdom moeten zorgen, zoals knoopkruid en distels, en schermbloemigen, zijn nog in opkomst.
Opvallend is trouwens in dit stuk de geringe diversiteit aan oeverplanten. Geen watermunt of wolfspoot, geen koninginnenkruid of echte valeriaan, geen heelblaadjes, daarentegen veel riet en hier en daar een voorzichtig harig wilgenroosje. We stuiten wel op een bonus voor deze excursie: de gevlekte rietorchis. Later hoor ik dat dit een eerste waarneming ervan is in dit gedeelte.
Concluderend is het een leuke en interessante ervaring om onze kennis te delen met docenten en studenten, en te leren van hun vragen en commentaar. Een van de docenten, tevens student aan de WUR, is afkomstig uit Oeganda, een land dat tegen de evenaar aan ligt. Zij ziet grote verschillen maar toch ook overeenkomsten met haar land van herkomst, zoals zuringsoorten, die kennelijk over de hele wereld voorkomen. De informatie die de excursie oplevert is voor het beheer van de Groenzoom weer bruikbaar. Jan Smith heeft er een rapport over gemaakt, dat is bij hem op te vragen via de redactie van het Rotta-ledenblad Aves Visum.
Josien Hofs
Dit artikel verscheen eerder in Aves Visum nr 161, september 2022 (het ledenblad van Natuur- en Vogelwacht Rotta).